Het Mutin-orgel van Panningen is echt uniek in Nederland!

Als voorzitter van Orgelkring Peel en Maas krijg je regelmatig de vraag gesteld of het
Mutin-orgel van Panningen werkelijk zo uniek is in Nederland als de Orgelkring Peel en Maas beweert.
Is de steun van internationaal bekende organisten die de klanken van dit Mutin-orgel roemen, daarvoor voldoende. Ofwel, is het orgel ook om andere redenen dan de klank uniek in Nederland? Door een zorgvuldige vergelijking met andere Mutin-orgels in Nederland is een antwoord op deze vraag mogelijk te geven.

Onlangs werd in de Nieuwsbrief van de stichting tot behoud van het Nederlandse orgel (voorjaar 2023 ) aandacht besteed aan het Mutin-orgel in Hilversum.
De stichting steunt de restauratie met 2500 euro.

En zeer recent werd in het aprilnummer van het blad De Orgelvriend aandacht besteed
aan de “Franse Orgels in Nederland” (no.3, pp 26-30).
Daarin werden door de auteur Vincent Hillebrand (die afgelopen jaar een podcast in het leven riep over de mooiste orgels per provincie, waaronder het orgel van Panningen)
21 Franse orgels in Nederland aanwezig genoemd.
Daarvan waren er 6 van Cavaillé-Coll, en van diens opvolgers waren er 4 van Mutin en
2 van Convers terwijl er nog 4 waren van hun belangrijkste concurrent, Merklin.
De andere waren van diverse andere orgelbouwers.
Volgens Hildebrand waren er 3 van die 4 Mutin orgels vrijwel authentiek “waarvan er nog slechts één op de oorspronkelijke locatie staat”.
En jawel: “Het enige instrument van Mutin dat nog op zijn originele locatie staat
én in authentieke staat verkeert, staat in het Missiehuis St. Jozef te Panningen” (p.26).

Wat bedoelt hij nu met authentiek en waarom geldt dat bij uitstek voor het Mutin-orgel in Panningen? Hillebrand hanteert daarvoor in zijn artikel drie criteria.

Is de opdrachtgever van Nederlandse bodem?

Van de 4 Mutin-orgels waren er twee oorspronkelijk bedoeld voor Franse salons (Wassenaar (1905) en Hilversum, 1910) en van het orgel in Oosterhout is gezien het jaar van de plaatsing (1914) de veronderstelling dat het in oorsprong ook een andere bestemming had dan de kapel van de Benedictinessen.
Alleen het orgel van Panningen is gebouwd in opdracht van een Nederlandse instantie.

Staat het nog op de oorspronkelijke plaats?

Hieruit is al duidelijk dat de orgels van Hilversum, Wassenaar en Oosterhout minstens meerdere opeenvolgende standplaatsen kregen. Zo kreeg het orgel van Wassenaar na de bouw in 1905 voor een Franse salon en een verhuizing in 1936 naar de kapel van de Ursulinen, zijn (voorlopige) eindbestemming in 1996 in de dorpskerk van Wassenaar.

Alleen van het Mutin-orgel van Panningen staat via een uitgebreide bewaarde correspondentie tussen Mutin “himself” en de toenmalig Overste van het Missiehuis, vast, dat het tot in alle onderdelen in 1912 speciaal is vervaardigd voor de (akoestiek van de) kapel; het orgel staat er nog steeds en laat o.a. via orgelconcerten zijn stem horen.
Het werd daar overigens niet zonder problemen opgebouwd door de Franse orgelbouwers (het plafond van de kapel was lager dan op de bouwtekening was vermeld).

Is het nog in de originele staat ?

Van groter orgelbelang voor de authenticiteit, is dit derde criterium: zijn deze orgels qua mechaniek en registers, nog onberoerd in de originele staat.

Het orgel van Wassenaar lijkt nog in een vrijwel originele staat ondanks vele verhuizingen.

De orgels van Oosterhout en Hilversum zijn in de loop van de tijd ingrijpend gewijzigd.
Het orgel van Oosterhout is na 1914 diverse malen behoorlijk verbouwd (sic!) en het Hilversumse orgel is door verhuizingen van de ene kerk naar de andere regelmatig aangepast. Bij de laatste verplaatsing in 2000 naar de St. Josefparochie in Hilversum werden door de firma Adema-Schreurs zo goed mogelijk alle modificaties uit het verleden ongedaan gemaakt.

Blijft over het Mutin orgel in Panningen. Het werd in 1912 gebouwd door Mutin, niet als salonorgel maar als een “Grand Orgue” in opdracht van de Heren Lazaristen speciaal voor hun kapel. Niet zo vreemd als men bedenkt dat Mutin een zeer hechte band had met deze Congregatie en het voor een vriendenprijsje van 10.000 franc wilde bouwen.
Het orgel heeft 12 registers, 2 manualen en zelfstandig pedaal. Alle 12 stemmen zijn nog volledig origineel evenals het mechaniek. Het is, mede dank zij de geslotenheid van het klooster, meer dan 100 jaar perfect bewaard gebleven en behoort met de status van rijksmonument (1994) tot het culturele erfgoed van de Gemeente Peel en Maas.
Voor Panningen een eer en verantwoordelijkheid.

Conclusie: het orgel in het Missiehuis van Panningen beantwoordt als enige volledig aan de gestelde specifieke criteria en maakt daarmee met recht aanspraak op de titel van “uniek Mutin-orgel in Nederland”.

Ton van den Hout
(oud-voorzitter Orgelkring Peel en Maas)